Bastion Hotel Heerlen, zaterdag 11 augustus, half zes plaatselijke tijd. Zo vroeg stond de wekker op de dag des oordeels. Tijd om even rustig wakker te worden, te ontbijten en de spullen te pakken voor de dag. Met een eigen koelkast op de kamer konden we ons door de vooraf ingeslagen voorraden heen gaan worstelen. Het is voor beiden altijd moeilijk eten op de vroege ochtend, maar wel noodzakelijk gezien de ontelbare heuvels die we over zouden moeten. Koffie, behoorlijke hoeveelheden kwark, bolletjes met serieus beleg en een aantal kruidkoeken moesten de eerste verdedigingslinie gaan vormen in deze energieverslindende marathondag.
Fietspakken aan en snel met de Fiat van pa en ma Hiemstra
(met de fietsen achterop) richting de start in het centrum van Luik.
Vrijwilligers van de tocht gaven duidelijk aan waar er geparkeerd kon worden.
Op een kilometer van de start vonden we al snel een mooie parkeerplek. De
fietsen van de auto en de laatste benodigdheden in de shirtjes stoppen. Als
laatste de armen en benen even ingesmeerd met zonnebrandcrème, het zou een
warme zomerdag gaan worden. Op de racefiets richting start. De verplichte paperassen moesten
we nog even ophalen (dit ging gelukkig snel). De envelop was voorzien van
startbewijs (met ingebouwde transponder voor de tijdregistratie onderweg) en
een stempelkaart met eenvoudige routebeschrijving.
Na het startbewijs aan het stuur bevestigd te hebben reden
we rond kwart over acht over de startstreep, de koers was begonnen! De route was bijna gelijk aan die van vorig jaar en dus
gingen de eerste tien kilometer weer door Luik heen, slecht asfalt en veel
stoplichten. Het klimmen begon direct daarna met de Côte d’Embourg een mooie
geleidelijke klim met maximaal 7% stijging. Zoals verwacht ging dit ons
makkelijk af.
Volgende echte klim was de Côte de Chambralles op 25 km van
de start. Met de traumatische ervaringen van het jaar ervoor nog vers in het
geheugen wilde Peter een beetje verstandig omgaan met zijn energie tot de voet
van de heuvel. Dus met matig tempo die kant op, de benen even warmdraaien maar
ook niet meer dan dat. Met een maximum stijgingspercentage van 20% moet deze heuvel
met ontzag tegemoet getreden worden. Na een riviertje over gestoken te zijn
wisten we dat het ging gebeuren, de weg voor ons ging gevaarlijk omhoog. Een
man van rond de vijftig besefte zich dit te laat, vergat terug te schakelen,
kreeg de pedalen niet meer rond en ging enorm hard op zijn plaat. Komisch en
treurig tegelijk. Soms is lopen verstandiger, mompelde Steven. Peter was maar op een ding uit en dat was het trauma
wegpoetsen. Dit kon alleen door de heuvel fietsend op te komen. Hij bereikte
met soepele pedaaltred de top van de heuvel. Met vlag en wimpel geslaagd, sportieve
revanche!
Hoe goed het voor beiden ook ging we beseften ons dat het
net was begonnen en het een hele lange dag zou worden. Grootste oorzaak (los
van de latere lekke banden) was het warme weer. Een felle zon met een
temperatuur van rond de 30 graden maakten het fietsen een zware aangelegenheid.
Toch mochten we niet mopperen, het was dit jaar tenminste droog.
Vlak voor de eerste controle en bevoorrading reed Peter over
een steen heen. De steen ketste van de zijn wiel af maar sloeg wel een gat in
de achterband. Peter moest voortaan met de realiteit leven dat ook hij een lekke
band kon krijgen. Op de vraag waarom Peter deze grote kei niet had gezien zei
hij: ik dacht het een stuk modder was…
Vakkundig hebben we vervolgens de binnenband vervangen door
een nieuwe en konden we na een kwartier alweer op weg. Een paar kilometer verder op ruim 40 km van de start konden
we onze stempel halen. Belangrijker was de mogelijkheid tot het drinken van
water en sportdrank, en het eten van bananen en kruidkoeken. Even na de
controlepost was er de definitieve splitsing met de andere te rijden afstanden.
Vanaf nu zouden we alleen nog rijden met 170 km deelnemers. De eerdere drukte
was dus verleden tijd.
We sukkelden verder door dorpjes als Bra, Les Villettes en
Fosse. Alles ging goed tot Steven telefoon kreeg van Peter: terugkomen was het
verzoek. Het noodlot had weer toegeslagen, alweer een lekke band voor Peter.
Gelukkig kwam er net een materiaalwagen langs op het moment dat Peter langs de
kant stond met pech. Tegen betaling werd er een nieuwe buitenband gekocht, de
oude band bleek namelijk gescheurd te zijn. Na vervanging van de binnenband en
de buitenband konden we weer op pad. Het moraal had wel een deukje opgelopen. Maar pech hoort nu
eenmaal bij het fietsen.
De Wanne op ruim 70 km was een andere bekende klim. Een
pittige klim die lang doorgaat met mooi uitzicht bovenop. Prima te doen voor
beiden. Net na de klim een nieuwe controle. Even bijkomen en weer
verder.
De Col de Stockeu met een maximum stijgingspercentage van
21% is een van de absolute smeerdekens van de dag (ook met deze heuvel had
Peter nog een appeltje te schillen). Meteen aan de voet van de heuvel reed Steven veel te hard
bergop. Het bleek een grove daad van zelfoverschatting omdat de fiets nog
halverwege de heuvel aan de kant geparkeerd werd. Peter keek Steven met
ongeloof aan. Jaja ik had geen zin meer, ga maar door zei Steven tegen
teamgenoot Peter. Stug zwoegend ging Peter door en bereikte als een volleerd
klimmer de top. Steven liep een gedeelte van de klim, water drinkend, op adem
komend en druk nadenkend over de schande die hij over zichzelf afgeroepen had.
Waar de Klimclassic in het teken stond van een hazelworm en
Limburgs Mooiste opgevrolijkt werd door een rood oranje eekhoorn, zo zal deze
toertocht de boeken ingaan als de dag van de wezel.
Over een brede doorgaande weg waarbij het vals plat omhoog
ging fietste Steven achter Peter aan. Er leek geen einde te komen aan de
kaarsrechte weg. De zon brandde gemeen op ons hoofd. Juist op het moment dat de
tijd leek stil te staan zag Steven uit zijn ooghoeken iets bewegen rechts in de
berm twintig meter verderop. Peter keek niet op of om, Steven begon aan zijn
verstand te twijfelen.
Maar jawel uit de berm verscheen een nieuwsgierige, komisch
ogende Belgische wezel. Het beestje sloeg ons met een mengeling van ongeloof en
respect gade. Hij leek niet te kunnen bevatten waarom twee mensen
ogenschijnlijk vrijwillig in de ziedende hitte een heuvel op zouden willen
fietsen. Een paar seconden later, vlak voordat wij langsreden schoot
het beestje snel weer de berm in op zoek naar beschutting. Peter was dit alles ontgaan. Zijn tactiek is ogen op de
weg/stuur en heeft het schepsel dus helaas niet mogen aanschouwen. Steven die
een tijdje eerder emotioneel geknakt was, kreeg door de onverwachte ontmoeting
met de wezel nieuwe kracht (of goesting zoals de Belgen zeggen).
De Côte de la Redoute die normaal gesproken de meest
ellendige heuvel is die in de tocht is opgenomen, was nu een peulenschil. De
route was enigszins aangepast en daarom werd de Redoute nu vanaf de andere
zijde beklommen. We waren hier niet heel erg rouwig om.
Bovenop de heuvel was de laatste controle voor de finish.
Dit was het punt dat we beiden weer zin hadden in de tocht. Het vorige stuk was
lang en zwaar geweest maar daar waren we doorheen gekomen. Nu was het aftellen
tot de finish.
Alleen de Côte de la Roche aux Faucons met een maximum
stijgingspercentage van 16% en nieuw opgenomen in de toertocht was nog een hele
vervelende klim. Met hangen en wurgen hebben we ook deze ongelijkmatige klim
soldaat gemaakt.
De laatste twintig kilometer was weer bekend terrein. We
hadden wel even behoefte aan een wat vlakker stuk waar we wat sneller
doorkonden stoempen. Peter zei nog dat ie de taxi zou pakken als er nu nog een
heuvel in zou zitten....we hebben gelukkig geen taxi hoeven bellen. Na een snel
stuk door de achterbuurten van Luik richting centrum was daar na ruim 170 km
eindelijk de finish!
We kunnen terugkijken op een warme, zware maar zeer leuke
editie van Luik Bastenaken Luik. Volgende fietsafspraak: het Harzgebergte in Duitsland 23 t/m
27 augustus.